Arunn Jegan
Projectcoördinator‘Ik wist al hoe dramatisch de humanitaire situatie was in Jemen voordat ik hier aankwam. De verhalen in de media over het menselijk leed zijn stuk voor stuk afgrijselijk. Maar pas toen ik hier zelf rondliep, zag ik hoe wanhopig de mensen zijn en wat zij elke dag moeten doorstaan.
Frontlinies
‘Ik werk als projectcoördinator in de stad Taiz, in het westen van Jemen, waar onze teams in meerdere ziekenhuizen werken aan beide kanten van de frontlinies. Op 24 januari kwam ik aan in het project, nog diezelfde dag escaleerde het geweld in en rond de stad en hielden hevige gevechten dagenlang aan. Ik begreep al snel dat niet ongewoon is. Dit is al jarenlang een dagelijkse realiteit voor de bewoners van deze regio.
Operatiekamers
‘De afgelopen drie dagen behandelden we 117 oorlogsgewonden in onze ziekenhuizen en dat aantal zal alleen maar verder oplopen. Elke keer als het conflict oplaait, raken de Eerste Hulp en de operatiekamers overvol. Soms hebben we zeventig nieuwe patiënten op een dag. Dat zijn mensen met schotwonden of verwondingen door granaatscherven en landmijnen. Ik schrok behoorlijk toen ik dat voor het eerst zag.
Granaatscherf
‘De hulpverleners in onze ziekenhuizen werken de klok rond. Sommigen slapen nauwelijks. En toch staan ze er steeds weer om nieuwe gewonden op te vangen. Sommige patiënten halen het, sommigen niet. Schokkende, bloedige taferelen, die moeilijk zijn om te aanschouwen. Een moeder van vijf kinderen klampte me aan en vertelde dat haar jongste zoon van zestien geraakt was door een granaatscherf toen hij buiten aan het voetballen was. Ze moest juwelen verkopen om transport naar het ziekenhuis te betalen. Haar zoon ligt nu in ons ziekenhuis en hij is gelukkig aan de beterende hand. Deze verhalen staan niet op zichzelf.
Toewijding
‘In Jemen werden drie jaar geleden de eerste kogels afgeschoten. De situatie is sindsdien alleen maar verergerd. Mensen in Taiz durven hun huizen bijna niet meer uit. Dat geldt ook voor onze Jemenitische collega’s. Maar ze komen toch naar hun werk. Hun toewijding is indrukwekkend. En ik voel me trots dat ik met hen mag samenwerken.
Geweervuur
‘Ik hoor het aanhoudende geluid van geweervuur en bommen ook. De frontlinies bevinden zich dicht op onze medische voorzieningen. Het zet onze teams onder druk, fysiek en mentaal. Als er gevechten zijn, horen we gemiddeld vijf explosies per minuut. Hakim, een van onze medewerkers, zegt steeds tegen zijn jonge kinderen dat ze binnen moeten blijven. Maar zijn dochter vroeg hem eens: waarom ga jij dan elke dag naar buiten? Hij kon het niet uitleggen. Zulke kleine anekdotes geven je een inkijkje in het dagelijks leven en de absolute urgentie van deze situatie.
Zorgen
‘Ik maak me zorgen om de mensen hier, die voor steeds grotere medische problemen komen te staan. Maar ook om de veiligheid van onze eigen hulpverleners en onze ziekenhuizen. We vragen de strijdende partijen continu om ons werk te respecteren en om burgers toegang te geven tot dringend nodige gezondheidszorg. Daarbij benadrukken we dat we neutraal en onpartijdig zijn: iedere zieke of gewonde wordt behandeld.
Belangrijk
‘Taiz is een intens conflictgebied, waar een enorme humanitaire crisis plaatsvindt. Toch is Artsen zonder Grenzen een van de weinige hulporganisaties ter plaatse. Meer hulp is acuut nodig. In deze stad, en elders in het land. Wij blijven in elk geval zo lang dat nodig is. De recente gevechten maken eens te meer duidelijk hoe belangrijk het is voor ons om hier te zijn.’