Artsen zonder Grenzen biedt medische noodhulp in conflictgebieden, bij natuurrampen en uitbraken van dodelijke ziektes.

Esther Sterk

tropenarts

Is de ebola-epidemie helemaal voorbij?

‘Nee, de champagne gaat nog niet open.' Deze week is wel een patiënt die mogelijk de laatste zou kunnen zijn, ontslagen uit een behandelcentrum. 'Tegelijkertijd zijn er sinds augustus 2018 al 3.444 mensen besmet met de ziekte en hiervan zijn 2.264 mensen overleden. Toen ik in 2007 begon tijdens de eerste ebola-uitbraak was het een onbehandelbare dodelijke ziekte. Het is nu behandelbaar. Er zijn vaccinaties. Het sterftecijfer is laag als we er snel bij zijn. Ebola is dan zelfs te genezen.’

Artsen zonder Grenzen biedt medische noodhulp in conflictgebieden, bij natuurrampen en uitbraken van dodelijke ziektes.

Bent u zelf in ebolagebied geweest?

'Ik ben als arts sinds 2007 bij bijna alle ebola-uitbraken geweest. In Congo heb ik twee keer gewerkt bij posten van Artsen zonder Grenzen in Butembo, Biakato en Mambasa. Congo is de moeilijkste plek om te werken.'

Waarom is het in DR Congo lastiger dan in West-Afrika, waar in 2014 de grootste uitbraak van ebola was en bijna 14.000 mensen stierven?

‘Mensen in de uitbraakgebieden in Congo voelen zich vergeten. Zij sterven veel vaker aan malaria en mazelen. Er is veel geweld van rebellengroepen. Niemand deed iets tegen de slachtpartijen daar. Er was nooit hulp. En dan is er ebola, en verschijnen er grote auto’s met veel materieel en artsen en verpleegkundigen. De lokale bevolking vertrouwde het niet. Ze geloofden dat ebola niet bestond of dat ze ermee werden besmet door die buitenlanders, die daar dan geld aan verdienden.’

Hoe was de samenwerking met de overheid?

‘Bij andere uitbraken in Afrika hadden wij vaak met onze expertise de leiding in de bestrijding. In Congo is het ministerie van Volksgezondheid de baas. Wij moesten volgen. Onze taak was in de behandelcentra, waardoor we minder zicht hadden op de uitbraak. Het ministerie bepaalde wie we als patiënten moesten opnemen. Ambtenaren stuurden iedereen die ziek was naar deze centra, maar slechts vijf procent testte positief op ebola. Het ministerie wilde geen risico lopen, maar daardoor konden wij ons werk niet goed doen.’

Dat moet frustrerend zijn geweest?

'We kregen ook te maken met aanvallen op onze medische posten. We zijn toen in een andere provincie gaan werken, in Ituri. Daar kozen we voor een andere aanpak. Eerst vertrouwen winnen door te praten, luisteren en de bevolking erbij te betrekken. Er was meer behoefte aan waterputten en medicijnen tegen malaria. Daar zijn we mee begonnen en na een paar maanden startten we pas met de ebolabestrijding.’

En dat lukte?

‘Ja, met behandelklinieken in plaatselijke gezondheidscentra, dicht bij huis en op vrijwillige basis. Dat werkte goed.’

Is dit het einde van ebola in Congo?

‘Eerst moeten we een periode van 42 dagen hebben zonder nieuwe besmettingen. Natuurlijk kunnen er geïsoleerde gebieden zijn waar we geen toegang toe hebben, waar nog ebola voorkomt, maar die zijn goed te isoleren. Maar in vergelijking tot 2007 is er enorme vooruitgang geboekt in de strijd tegen ebola.’

Wil je weten wat onze teams hebben gedaan om ebola te bestrijden?

Lees hier meer over onze aanpak en activiteiten.